Nieuw: SGT60 compacte en economische glansmeter voor 375,00 Euro
Over glansmetingen
Glans is een eigenschap, die optreedt wanneer de oppervlakte van een materiaal zo glad is dat het reliëf kleiner is dan de golflengte van zichtbaar licht. Glans wordt gemeten door de reflectie van een op het materiaal vallende lichtstraal te meten. Reflectie heet ook wel remissie. Het meten van de remissie moet wel gebeuren met de volgende regel: hoek van inval is hoek van terugkaatsing.
Glans hangt sterk af van de hoek waarmee tegen het materiaal wordt aangekeken. Als je loodrecht naar een object kijkt kan het nauwelijks glans hebben, maar als je onder een hoek of bijna parallel langs het materiaal kijkt kun je een glans waarnemen.
Bij het meten van de glans is het dan ook belangrijk dat de hoek waaronder wordt gemeten gestandaardiseerd is. De meest gebruikte hoeken zijn hoeken zijn 20°, 60° en 85°. Voor een hoogglans wordt de glans meestal met 20° gemeten, de gemiddelde glans bij 60° (het meest gebruikt). Matte materialen worden gemeten bij 85°.
ISO 2813 is de standaard voor het meten van de glans bij verflagen Bij papier is de methode ISO 8254 de standaard voor glans. Ook ISO-methode 7688 beschrijft de glansmeting.
Glansmeters moeten regelmatig gecalibreerd worden, dit gebeurt bijvoorbeeld met een gepoleerde, hoogglanzende zwartglasplaat met een brekingsindex van n = 1,567. Voor metaaloppervlakten wordt echter een hoogglanzende gepoleerde aluminiumoppervlakte, die van een transparante kwartslaag voorzien is tegen corrosie.
Bron: wikipedia